“Ik zag het levenslicht op een klein Geldersch dorpje. Wil je weten, waar het ligt, zoek dan op de landkaart het kleine riviertje den Ouden IJsel en kies uit de dorpjes, door zijn kabbelende golfjes bespoeld, het liefelijkste, het aardigste en het landelijkste; en je hebt de plaats, waar ik geboren ben.
Aan den kant van de groote beukenlaan, die van Doesburg naar Doetinchem leidt, lag onze smidswoning. Voor de smederij, die links van ons huis lag, stonden twee groote kanstanjeboomen, die met hun vijf- en zevenvingerige bladeren een koele schaduw boden aan vader en de knechts in de werkplaats. Achter ons huis was een groote tuin, met kerse-, pere- en pruimeboomen op een groot bleekveld.”
Zo begint een oud jongensboek met de titel “De Zoon van den Dorpssmid”. Het boek is rond 1900 geschreven door de in Laag-Keppel, als zoon van een smid, geboren Charles Krienen (1873-1945). Een groot deel van zijn talrijke boeken spelen zich in de voormalige gemeente Hummelo en Keppel af. In 1892 vertrekt hij naar Bussum om als onderwijzer te gaan werken. Hij werkt daarna ondermeer in Scheveningen en in Den Haag. Rond 1935 vestigt hij zich in Amsterdam, waar hij in 1945 overlijdt.
Krienen schreef niet alleen onder zijn eigen naam, maar ook onder de pseudoniemen Suze Brinkgreve en P.Koekoek.
De foto van deze week, die beschikbaar werd gesteld door Willem Hartemink, is gemaakt in dezelfde periode dat Krienen z’n boek schreef. Wie kan en wil er nog iets vertellen over de geschiedenis van die oude smederij aan de weg van Doesburg naar Doetinchem? Stuur of mail uw reactie naar Fred Wolsink, Wisselt 75, 7021 EH Zelhem. E-mail:
Door Fred Wolsink. Gepubliceerd in Weekblad Contact (20 februari 2007).
